Nieuwsgierig keken de kids in de grote doos die werd bezorgd. Wat heb je daar? Dol op spelletjes werd het geheel gelijk uitgepakt en klaargelegd. Tijd voor het grote basisschoolspel. Het speelbord kent twee kanten. een kant voor groep 3 en 4 (met wat minder vakken) en een kant voor groep 5 en hoger. We spelen die laatste kant en met de kaartjes van groep 6 en groep 8. Het spel heeft wat weg van triviant. Een cirkel met gekleurde rondjes en af en toe een grotere cirkel. De kleur van de rondjes corresponderen met verschillende vakken. We gooien met de dobbelsteen en komen op een blauw rondje: taal. Uit de doos voor groep 6 halen we een taalvraag. We moeten even aangeven of we a, b, c, d of e willen beantwoorden. Hij kiest voor c en krijgt de volgende vraag: ‘Schrijf er ge- voor. knikken – ik heb ….. bakken ik heb ….. Onderaan staat een voorbeeld. ‘geknikt en gebakken’ klinkt het al snel. Het antwoord is goed en 5 punten zijn verdiend. Het spel gaat verder. We gaan van aardrijkskunde naar verkeer en van geschiedenis naar engels en rekenen. Af en toe komen we op een grote cirkel. Hebben we hier de vraag goed, dan krijgen we een diploma voor dat vak. [Lees meer…]
Archief voor 2005
Werkstuk
Al enkele jaren ben ik op de school van mijn kind ‘docu-moeder’. Vanaf groep 6 hebben de leerlingen één uur in de week docules, waarbij ze moeten werken aan een docuwerkstuk, of wel een soort van scriptie over een onderwerp. Elk schooljaar moeten ze drie docuwerkstukken inleveren. Voor het zoeken naar informatie maken de kinderen gebruik van de docuboekjes van de Ruijter en natuurlijk van internet. Ook mogen de kinderen de werkstukken op de computer maken. Dus extra computerondersteuning is gewenst. Na verloop van tijd begin je de kinderen te kennen. Sommige lopen de hele les een beetje doelloos rond. Hun werkstukken bevatten uiteindelijk zeer weinig woorden en ook de inhoud zelf valt vies tegen. Je zou toch verwachten dat ze zeker in groep 7 en 8 toch wel een beetje een degelijk werkstuk kunnen maken.
Ook zijn er natuurlijk kinderen die dit wel lukt. Enthousiast halen ze informatie uit de boekjes, de bibliotheek en internet en het resultaat is een mooi werkstuk, kleurrijk opgemaakt en met herkenbaar kindertaalgebruik afgewisseld door wat teksten uit boekjes.
In één van de groepen zit een handige dame. Het straalt er aan alle kanten af. Als haar 10 minuten zoeken op internet om zijn, zit ze ’toevallig’ net iets in Word te tikken en als je je omdraait zit ze weer op internet. Eigenlijk zie je haar niets anders doen dan een beetje surfen. Maar dan komt haar werkstuk. Maar liefst 21 pagina’s met mooie volzinnen en prachtige foto’s. Het onderwerp goed uitgediept en na snel even doorlezen krijg ik een dubbel gevoel: of ik heb dit kind ontzettend onderschat en is ze toch best wel een hardwerkend kind of ik word ontzettend genept. Ik krijg de neiging het laatste te denken en als er dan ook nog kinderen naar me komen die zeggen dat ze het niet zelf heeft geschreven en dat ze dat niet eerlijk vinden, start ik Google op en tik in ‘werkstuk oostenrijk’. Ik klik op de eerste link die ik tegenkom, een onderdeel van werkstukken.nl en zie een werkstuk van ongeveer 21 pagina’s, met zeer bekende foto’s en zinnen die ik toch wel eens eerder heb gezien. Ik geef het adres door aan de leerkracht die dit maar verder moet oplossen.
Als ze het inlevert krijgt ze een één, vertelt hij mij. Op de inleverdatum heeft ze het nog niet ingeleverd. ‘Ze was er nog niet tevreden over’. De andere kinderen zijn verbaasd. ‘Je had toch 21 pagina’s?’. Ze vond het toch nog niet goed genoeg.
Ik krijg een beetje een vieze smaak in mijn mond.
De schrik van iedere ouder
Het is half vier en de kinderen gaan naar huis. Een moeder loopt richting lokaal, naar de leerkracht. Die ziet haar komen en vraagt hoe het met haar kind is. De moeder kijkt verbaasd, waar is het kind dan? ‘Nou niet hier’,zegt de leerkracht. Ze was vanochtend al niet lekker, dus toen ze vanmiddag niet kwam, nam ik aan dat ze ziek was en dat ??n van de collega’s het niet door had gegeven. Leerkracht en moeder kijken elkaar aan en beseffen dat het kind dus weg is, niet op school geweest en wel naar school vertrokken. De schrik slaat ons allen om het hart. De moeder moest om half twee direct weg, het kind was vooruit gelopen, maar niet op school gekomen. Je hoort die dingen op het journaal, je leest ze in de krant – maar toch niet jouw kind??!! Ik ga met de moeder mee naar huis, eerst daar kijken. We proberen nog maar niet te denken. Dan komt het kind de hoek om, schuchter kijkend. Verwijtend naar haar moeder ‘Waarom gingen jullie weg zonder wat te zeggen?’
Ze was de hele middag thuis gebleven. Durfde niet meer naar school, want ze had de bel al gehoord. Te laat en wat nu?
We kijken elkaar aan en halen opgelucht adem. De leerkracht later ook. Die verwijt zich toch maar niet naar huis te hebben gebeld, zodat hij het kind aan de lijn had gehad en geweten wat er aan de hand was.
We denken allemaal aan wat het ook had kunnen zijn, maar gelukkig niet was. je moet er niet aan denken toch? Jouw kind….
CITO
Op de tenen door de school en gespannen gezichten in groep 8. De Cito-eindtoets is gisteren begonnen. Drie dagen lang worden de kinderen getoets. Het resultaat helpt bij de advisering voor het middelbaaronderwijs. Een vraag op de oudersite PO van Kennisnet. Moeten de kinderen extra verwend worden tijdens de toetsdagen? Zo ja, hoe dan. Mijn oudste deed vorig jaar de cito-toets. Hij kreeg wat lekkers mee voor onder de toets en hij vond zelf dat hij mocht bepalen wat er ’s avonds gegeten werd. Natuurlijk moet je ze een beetje verwennen, dus we aten ’s avonds een keer patat en ook in de andere eetwensen kon ik mij makkelijk vinden. Maar daar hield het voor mij mee op. Geen (dure) cadeaus, zeker niet in het vooruitzicht. Dan leg je toch steeds meer druk op zo’n kind. ‘Als jij een mooie hoge score haalt, dan krijg jij een mooie MP3 speler’. Maar wat is dan hoog? Boven de 545? En kan dat kind dat dan wel? En wat als hij er net onder zit?
Ik ging er vanuit dat mijn kind gewoon zijn best zou doen en dat de score die hij zou halen voor hem het hoogst haalbare zou zijn. Hij haalde zelfs hoger dan ik had verwacht en natuurlijk was ik trots en natuurlijk kreeg hij toen een cadeautje, wat hij ook had gehad als hij minder had gescoord.
Holland internet school
Stel, u heeft een kind dat wat bijles nodig heeft of huiswerkbegeleiding, maar u woont eigenlijk ver weg van al die leuke bureaus die dit soort dingen organiseren. Wat moet u dan? Op de NOT kwam ik op de stand van de Holland Internet School terecht (www.hollandinternetschool). Dit instituut verzorgt bijlessen en huiswerkbegeleiding via internet. In de stand heb ik een demonstratie hiervan gezien en was gelijk enthousiast. Het kind komt thuis en logt op een afgesproken tijd in op de Holland Internet School. Afhankelijk van de keuze krijgt het priv?les of komt het in een ‘klaslokaal’ terecht. Het geheel is een combinatie van MSN, videoconferencing en Netmeeting. Via de webcam kun je elkaar eventueel zien, je kunt via een microfoon met elkaar praten en op het scherm kun je dingen intikken. Via emoticons kun je laten merken of je iets wil vragen (handopsteken) of je blij bent of juist niet, je kunt een duim opsteken enz. Ook ouders kunnen inloggen en zo meekijken tijdens de les. Iedereen kan van iedereen zien wie aanwezig is.
In de klas kun je ook berichtjes naar elkaar sturen of samen aan een opdracht werken. Het enige wat je nodig hebt is een computer en een snelle internetverbinding (breedband – Kabel of ADSL).
NOT
Het is alweer een week geleden dat ik op de NOT (Grote onderwijsbeurs) was. Ik was daar voor het eerst en heb mijn ogen uitgekeken. Mijn eerste treffen (na de stand van Kennisnet) was de hoek met de stands van de educatieve uitgeverijen. Wat zijn er ontzettend veel schoolboeken voor het basisonderwijs en wat zijn ze allemaal leuk. Wat een verschil toch met vroeger, toen we allemaal van die saaie boekjes hadden. Er zijn kennelijk vele manieren om te leren lezen, rekenen en schrijven. En vergeet dan niet de vele boeken voor aardrijkskunde en geschiedenis. Ik kan mij voorstellen dat leraren soms door de bomen het bos niet meer zien als ze een nieuwe methode mogen kiezen.
Natuurlijk heb ik een aantal leuke dingen meegenomen en krijg ik nog een aantal dingen nagestuurd, zoals het grote Basisschoolspel. Ik hoop dat snel te kunnen spelen en zal daar natuurlijk over vertellen. Eigenlijk zou deze beurs ook in het klein voor ouders moeten zijn. De kinderboekenstraat is heel interessant en ook de stands van allerlei gezondheidsorganisaties. Kortom – leerzaam.
B&W over EHBO
Gisteren de tip dat in het tv programma B&W het opvoedprogramma EHBO ter sprake kwam. Net te laat natuurlijk, dus net even gekeken op www.uitzendinggemist.nl. Het kijken naar EHBO werd door ??n van de mensen betiteld als ‘rampentoerisme’. Is dat zo? Ik had het nog niet zo bekeken, maar kan er iets bij voorstellen. De situtaties zijn natuurlijk redelijk extreem en daarom lijkt je eigen situatie natuurlijk stukken beter. Maar de uitzending van B&W had ook wat andere punten. Waarom zijn wij als ouder zo onzeker, waarom denken we direct dat een kind abnormaal gedrag vertoont. Er is veel informatie, zegt ??n van de mensen. TV programma’s, boeken, tijdschriften en we hebben minder contact met andere ouders. Kinderen m?eten op een bepaalde leeftijd zindelijk zijn, kinderen m?eten zich netjes gedragen en soms gedragen ze zich gewoon als kind van hun leeftijd, maar omdat wij als ouders die vergelijk wat minder hebben denken we dat juist ?ns kind ‘het niet goed doet’. Zit wat in. Dus als ouder moeten we gewoon wat meer om ons heen kijken.
Daarnaast geven programma’s als EHBO een hele trukendoos, maar belangrijker is dat je als ouder weet wat je eigen grenzen zijn; wat pik je nog wel en wat niet meer. Als je dat van jezelf weet, is het makkelijker om consequent te zijn.
Want dat is belangrijk. Kinderen moeten weten waar ze aan toe zijn en natuurlijk zullen ze je uit proberen, dat is het verkennen van hun grenzen (en die van jou als ouder).
Rust, regelmaat en reinheid – dat is wat de kinderen nodig hebben volgens ??n van de deskundige.
In mei komt de Nederlandse variant op EHBO bij de EO op televisie – Schatjes.
Eerste hulp bij Opvoeden
Vanavond de vierde aflevering in de serie ‘Eerste Hulp Bij Opvoeden’, waar de Engelse nanny Jo te hulp schiet bij gezinnen waar de kinderen toch wel erg los zijn geslagen. Ik kijk elke week weer met verbazing naar deze serie, die ik eerder ‘Laatste hulp bij opvoeden’ zou noemen. Laatste, omdat ik het gevoel heb dat hier het een en ander al flink is doorgeschoten. Kinderen krijsen, terroriseren de boel, smijten overal hun speelgoed heen en kennen maar ??n woord, NEE. De meeste kinderen zijn niet ouder dan 5. Niet alleen de kinderen zijn extreem, ook de nanny, die in keurig mantelpak en met witte handschoentjes haar entree maakt.
Haar aanpak is duidelijk: zorg dat kinderen je niet de baas worden. Maak duidelijk wat je wel en niet duldt. Wees duidelijk en vooral ook eenduidig naar de kinderen en geef ze een waarschuwing en straf ze als ze een volgende keer weer hetzelfde fout doen. Kortom duidelijk en consequent dus. En daarnaast – besteedt tijd met de kinderen, doe wat leuks met ze.
En in de serie helpt het. Ze brengt structuur in het leven en schept duidelijkheid naar de kinderen toe.
Naast het extreme van de gevallen zijn dat de dingen die ik meeneem: structuur – duidelijkheid – consequent.
En doen wat je belooft – ook straffen dus als ze weer in de fout gaan na een waarschuwing.
Eerste Hulp Bij Opvoeden – elke zondagavond RTL 4 – 21.00 uur.
Survivalgids voor jongens
Ook de survivalgids voor jongens is duidelijke taal. Ze neemt geen blad voor de mond en noemt de dingen bij de naam. Voor sommige kinderen zullen enkele hoofdstukken in het boek dan ook iets te vroeg komen. De andere hoofdstukken geven duidelijk aan wat de jongens staat te wachten. Veranderingen in je lijf èn in je geest.
Het boek is echt een survivalgids, hoe overleef je de pubertijd, hoe kom je veilig aan de overkant. Door het duidelijke taalgebruik, wat op de jongens gericht is, worden ze serieus genomen. Veel bekende problemen komen aan de orde, zoals puistjes, verliefdheden, sexualiteit, vrijen. Dingen waar de jongens tegenaan kunnen lopen worden besproken, er wordt verteld wat ze beter niet kunnen doen en wat wel. Wat er allemaal gebeurt als je een vriendinnetje krijgt en hoe je dat dan aan moet pakken (en hoe beter niet). Dat het naar bed gaan met een meisje echt niet het belangrijkste is en als het dan toch gebeurt, hoe je het dan voor beide leuk en fijn kunt maken en hoe je het veilig doet.
Naast sexualilteit, wat in de pubertijd natuurlijk een hele grote rol speelt, ook veel aandacht voor sociale zaken, zoals vrienden, de relatie met je ouders en broertjes en zusjes en voor alcohol en drugs.
Kortom, een boek waarvan ik hoop dat veel jongens het te lezen krijgen. Zij vinden er veel informatie die belangrijk is om te weten, maar die ze niet gauw aan hun ouders durven te vragen. Verder geeft het ouders een houvast om over dingen te praten. Ik weet dat ik het ook zo zal gebruiken. Als mijn zoon een vriendinnetje krijgt zal ik hem nog eens op het boek wijzen, het hem nog een keer laten lezen en vragen of hij alles snapt. Sommige kinderen nemen nu eenmaal in hun pubertijd niet alles meer van hun ouders aan en dit boek kan hun heel goed helpen om toch duidelijkheid te krijgen in die warrige pubertijd.
‘Bij ons Thuis’ start weer.
Uit het persbericht:
“Je ouders houden niet van je”. Loverboys hanteren gemene trucs om meisjes aan zich te binden.
Als dit dertienjarige meisje in de gaten heeft dat ze in de handen van een loverboy is gevallen, verbreekt ze de relatie die tot dan een paar maanden heeft geduurd. Maar daarmee is het niet gedaan. Want de loverboy heeft maar ??n doel. “Hij wilde mij de prostitutie in krijgen, om zodoende geld voor hem te verdienen. Maar dat werd mij achteraf pas duidelijk”, vertelt het inmiddels zestienjarige meisje in Bij ons thuis.
Twee werelden
“Je voelt dat er iets niet klopt”, vertelt haar moeder. “Ze vertoonde haast schizofreen gedrag, doordat ze zo in twee werelden leefde. Ze kwam later thuis, was pas om zes uur thuis in plaats van vier uur, en zei dan dat ze bij een vriendinnetje was geweest. En als we daar ruzie over kregen dan zei haar ?vriendje? tegen haar: Zie je wel, je ouders houden niet van je!”
Signalen herkennen
Meisjes onder de achttien jaar die in de prostitutie werken worden hier vaak toe verleid of gedwongen. Dat gebeurt dan door loverboys. Recente landelijke cijfers hierover zijn er niet. Maar alleen al in Utrecht belandden vorig jaar ongeveer 70 meisjes in de prostitutie. Een nieuw opgericht Co?rdinatiepunt Jeugdprostitutie moet bijdragen aan het terugdringen van het probleem. Voor ouders is het belangrijkste signalen te leren herkennen.
Verder in Bij ons thuis
Britse onderzoekers adviseren kinderen onder de negen jaar niet mobiel te bellen. Hun dunne schedel zou straling doorlaten en tumoren veroorzaken. Dat is nog helemaal niet bewezen, stelt de Gezondheidsraad die de overheid adviseert. “Waarom niet het zekere voor het onzekere nemen en de Britten volgen?”, vraagt Lucas Reijnders, hoogleraar natuur en milieu, zich af tijdens de discussie in de studio.
Het programma Bij ons thuis, over opvoeding en onderwijs, wordt gepresenteerd door Jeroen Kramer en Suzanne Rethans. Op de bijbehorende website vindt u achtergrondinformatie, links en een discussieforum.